miereneters
- Geluid: miereneters (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
- mie·ren·eters
- samenstelling van mier zn en eters zn met het invoegsel -en-
- miereneter zn met de uitgang -s
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | miereneters | |
verkleinwoord |
de miereneters mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord miereneter
- meervoudsvorm als officiële benaming (zoogdieren) een onderorde Vermilingua van zoogdieren die voorkomen voor in Midden- en Zuid-Amerika. Tegenwoordig leven er nog vier soorten, en er zijn maar weinig fossielen bekend
- [2] zie de categorie: Miereneters in het Nederlands
- [2] dwergmiereneters, echte miereneters
- [2] In de biologie worden gordeldierachtigen, luiaards en miereneters sinds hun onderlinge verwantschap is aangetoond, meestal als één groep, de xenarthra, binnen de zoogdieren behandeld. In WikiWoordenboek is de traditionele onderverdeling in drie groepen aangehouden, omdat ze in het taalgebruik duidelijk verschillende categorieën vormen.
- [2] zie de categorie: Miereneters in het Nederlands
- [2] boommiereneters
- Het woord miereneters staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.