Nederlands

 
kapucijnluiaard (Bradypus variegatus)
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • lui·aards
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord luiaards
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de luiaardsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord luiaard
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (zoogdieren) een onderorde Folivora  , middelgrote Zuid-Amerikaanse zoogdieren waarvan tegenwoordig nog twee families bestaan: tweevingerige luiaards (Megalonychidae  ) en drievingerige luiaards (Bradypodidae  ). Luiaards zijn herbivoren en eten weinig anders dan bladeren. Deze onderorde is weer onderdeel van één orde van gordeldierachtigen: luiaards en miereneters (Xenarthra  )
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Opmerkingen
  • [2] In de biologie worden gordeldierachtigen, luiaards en miereneters sinds hun onderlinge verwantschap is aangetoond, meestal als één groep, de xenarthra, binnen de zoogdieren behandeld. In WikiWoordenboek is de traditionele onderverdeling in drie groepen aangehouden, omdat ze in het taalgebruik duidelijk verschillende categorieën vormen.


Gangbaarheid

Meer informatie