• mee·do·gend
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen meedogend meedogender meedogendst
verbogen meedogende meedogendere meedogendste
partitief meedogends meedogenders -

meedogend

  1. met medegevoel, met medelijden
    • Het portret dat hij van zichzelf heeft laten maken, toont echter: ‘het toonbeeld van een populaire romanschrijver, ongegroefd en met dromerige ogen van de jeugd, maar met een wijsheid waarvoor een hoge prijs was betaald: een man die je kon vertrouwen maar niet te veel, bereisd, trefzeker in zijn kunstsmaak, niet angstaanjagend hyperintellectueel maar belezen en voldoende intelligent, scherp of meedogend naar gelang de gelegenheid vereiste wanneer hij in de massamedia zijn mening gaf’. [1] 
    • „Ik schrijf gewoon hoe het was. Er zijn zo veel grote islamitische wetenschappers geweest. Natuurlijk gaan die twee samen. Islam heeft veel gezichten. Ik ken het als een vredelievend en meedogend geloof. Als ik het nieuws kijk en zie wat er in het Midden-Oosten gebeurt, heeft dat voor mij niks met islam te maken. Op onze Muhammadiyah-school was een van de leerlingen, A Kiong, een christelijke Chinees. Dat is de islam die ik ken.” [2] 
    • De legende van de geleerde die een pact met de duivel sluit, was na meer dan twee eeuwen Faustliteratuur en Fausttheater al ingesleten in de Duitse ziel. Maar het was de versie van Goethe die tot op de dag van vandaag de basis is voor opera’s, romans, films, strips en parodieën. En die Faust tot een figuur maakte waarmee de Duitsers zich konden identificeren: visionair én traditioneel, meedogend én nietsontziend, moreel hoogstaand én tot het kwade geneigd – alles onder het motto ‘Zwei Seelen wohnen, ach! in meiner Brust’. [3] 
91 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[4]
  1. NRC Toef Jaeger 18 augustus 2017 Een fascinerende geschiedenis van de twintigste eeuw
  2. NRC Melle Garschagen 24 oktober 2015 Ode aan mijn juf
  3. NRC 11 maart 2016 Faust! Hier vijf boeken voor wie van Duitsland houdt
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be