manslag
- man·slag
- In de betekenis van ‘het opzettelijk doden zonder voorbedachten rade’ voor het eerst aangetroffen in 701 [1]
- samenstelling van man en slag [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | manslag | manslagen |
verkleinwoord | - | - |
de manslag m
- doodslag
- Hij werd veroordeeld voor manslag.
1. doodslag
- Het woord manslag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "manslag" herkend door:
65 % | van de Nederlanders; |
68 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "manslag" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ manslag op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be