lire
- li·re
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lire | lires |
verkleinwoord | - | - |
- (financieel) (geschiedenis) naam voor de munteenheden van Italië, Vaticaanstad, San Marino en Malta voordat zij op de euro overgingen
- Capek kende geen Italiaans en dat heeft hem problemen opgeleverd. Als je wilt betalen, laten ze een bedrag op je los en je weet niet of ze zeggen één lire vijftig of vijftig lire. [2]
- (numismatiek) munt met de waarde van 1 lire
- Om in Rome zekers terug te komen, moet ge maar een lire in de Mozesfontein werpen, dat doet hier elke vreemdeling. [3]
- Het woord lire staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lire" herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
73 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ lire op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Smit, L."De reizen van Karel Capek" in: Maatstaf. jrg. 30 nr. 1 (januari 1982) Arbeiderspers, Amsterdam; p. 93; geraadpleegd 2019-01-27
- ↑ Timmermans, F.Naar waar de appelsienen groeien. 4e druk (ca. 1940) P.N. van Kampen & zoon, Amsterdam; p. 96; geraadpleegd 2019-01-27
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
lire /liʁ/ |
lisais /lizɛ/ |
lu /ly/ |
derde groep | volledig |
lire
- li·re
- meervoud van het zelfstandig naamwoord lira