zeeleguaan (Amblyrhynchus cristatus).
  • (IPA in voorbereiding)
  • le·gu·a·nen
enkelvoud meervoud
naamwoord leguanen
verkleinwoord

de leguanenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord leguaan
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (reptielen) een familie Iguanidae   van hagedissen die vertegenwoordigd wordt door ongeveer 40 soorten in 8 geslachten. Vroeger was de familie veel groter, maar door wijzigingen in de indeling van de hagedissen worden veel soorten tegenwoordig tot aparte families gerekend. De groep werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Nicolaus Michael Oppel in 1811



Naar frequentie 152977

leguanen

  1. nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van leguan