Nederlands

 
johannisskink (Ablepharus kitaibelii)
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • dwerg·skin·ken
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dwergskinken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de dwergskinkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord dwergskink
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (reptielen) een geslacht Ablepharus   van hagedissen uit de familie skinken (Scincidae  )
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen


Gangbaarheid

Meer informatie