Nederlands

 
hartenbeesten (Alcelaphus buselaphus)
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • koe·an·ti·lo·pe
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord koeantilope koeantilopen
koeantilopes
verkleinwoord koeantiloopje koeantiloopjes

Zelfstandig naamwoord

de koeantilopev / m

  1. (evenhoevigen) zoogdier uit de onderfamilie Alcelaphinae   uit de familie der holhoornigen (Bovidae), waartoe onder andere de gnoes, het hartenbeest, de bontebok en de lierantilope behoren. De groep is nauw verwant aan de impala (Aepyceros melampus), die soms tot deze groep gerekend wordt
Hyperoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie