• kin·der·ar·beid
enkelvoud meervoud
naamwoord kinderarbeid -
verkleinwoord - -

de kinderarbeidm

  1. het geregeld werken van kinderen
    • In 1874 diende het links-liberale kamerlid Samuel van Houten een wet op de kinderarbeid in, die een eind moest maken aan arbeid door kinderen jonger dan 12 jaar