kielstaartleguaanachtigen
- (IPA in voorbereiding)
- kiel·staart·le·gu·aan·ach·ti·gen
- samenstellende samenstelling van kiel, staart zn en leguaanachtigen zn
- kielstaartleguaanachtig bn met de uitgang -en
- kielstaartleguaanachtige zn met de uitgang -n
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kielstaartleguaanachtigen | |
verkleinwoord |
de kielstaartleguaanachtigen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord kielstaartleguaanachtige
- meervoudsvorm als officiële benaming (reptielen) een familie Tropiduridae van hagedissen
- [2] leguaanachtigen, hagedissen, schubreptielen, diapsiden, reptielen, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
- [2] kielstaartleguanen
- [2] doornstaartboomleguaan, doornstaartgrondleguaan, kortstaartleguanen, mopskopleguaan, steltloperleguanen
- aardleguanen
- Afrikaanse blinde skinken
- Afrikaanse doornstaartagame
- Afrikaanse gestreepte skink
- Afrikaanse slanghagedis
- Afrikaanse slanghagedissen
- agamen
- Algerijnse zandloper
- alligatorhagedissen
- ameiva's
- Amerikaanse daggekko's
- anadia's
- Andalusische kielhagedis
- anolissen
- antillenleguaan
- Antilliaanse kogelvingergekko
- apothekersskink
- Arabische paddenkopagame
- arizona-alligatorhagedis
- Australische reuzenskink
- baardagame
- balearenhagedis
- basilisken
- Bengaalse varaan
- bergduivel
- bergkameleon
- bergstekelnekagame
- bladkameleon
- bladstaartgekko's
- bladvingergekko
- bladvingergekko's
- blauwbekagamen
- blauwkeelagame
- blauwtongskinken
- blauwvlekgordelstaarthagedis
- blauwzwarte schildhagedis
- bloedzuiger
- Boettgers kameleon
- bonte leguanen
- bonte varaan
- boomgekko
- boomhazelwormen
- boomleguaan
- boomskinken
- bosskinken
- Boyds hoekkopagame
- breedkopskink
- brilhagedis
- brilteju's
- Broadleys rotshagedis
- Brooks tjitjak
- Budaks slangenoogskink
- Californische pootloze hagedis
- Canarische hagedis
- carolinaskink
- Cubaanse boomstamanolis
- Cubaanse nachthagedis
- Cubaanse rotsleguaan
- Cubaanse wateranolis
- Chinese krokodilstaarthagedis
- Dalmatische kielhagedis
- Decary's kortstaartkameleon
- dikstaartgekko
- dikstaartgekko's
- dikstaartschorsgekko
- dikvingergekko's
- doornstaartagamen
- doornstaartboomleguaan
- doornstaartgrondleguaan
- doornstaartskink
- dove agamen
- dove leguaan
- dove varaan
- dove varanen
- Dumérils varaan
- dunvingergekko
- dunvingergekko's
- dwergbaardagame
- dwerggekko's
- dwergkameleon
- dwergskinken
- dwergvaraan
- echte agamen
- echte gordelstaarthagedissen
- echte hagedissen
- echte kameleons
- echte knobbelhagedissen
- echte schildhagedissen
- Egeïsche muurhagedis
- Egyptische muurgekko
- eilandnachthagedis
- elhierroreuzenhagedis
- Essex' kielhagedis
- Europese bladvingergekko
- Europese tjitjak
- Fernands riopa
- fijileguaan
- fijngestreepte galliwasp
- Filipijnse waterleguaan
- Filipijnse watervaraan
- Het woord 'kielstaartleguaanachtigen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.