kiekendieven
- (IPA in voorbereiding)
- kie·ken·die·ven
- samenstelling van kieken zn en dieven zn
- kiekendief zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kiekendieven | |
verkleinwoord |
de kiekendieven mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord kiekendief
- meervoudsvorm als officiële benaming (havikachtigen) Circinae een onderfamilie van slanke, middelgrote roofvogels die bij de echte roofvogels (stootvogels) (Accipitridae of havikachtigen) behoren. Wereldwijd zijn er dertien soorten kiekendieven die samen het geslacht (genus) Circus vormen binnen de onderfamilie Circinae. De kiekendieven onderscheiden zich onder andere van de andere (dag)roofvogels, doordat het bijna allemaal grondbroedvogels zijn, met andere woorden ze maken geen nest in bomen, maar op de grond. In Nederland en België komen drie soorten als broedvogel voor: de blauwe kiekendief, de bruine kiekendief en de grauwe kiekendief. De geslachtsnaam Circus verwijst naar de cirkelvormige bewegingen die het mannetje en vrouwtje uitvoeren tijdens hun baltsvlucht
- Afrikaanse bruine kiekendief, Amerikaanse blauwe kiekendief, blauwe kiekendief, bonte kiekendief, bruine kiekendief, Buffons kiekendief, gevlekte kiekendief, grauwe kiekendief, grijze kiekendief, holenkiekendief, kaalkopkiekendief, langpootkiekendief, madagaskarkiekendief, oostelijke bruine kiekendief, Pacifische bruine kiekendief, papoeakiekendief, réunionkiekendief, steppekiekendief, zwarte kiekendief
- Het woord kiekendieven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.