[1] kamelenteen
 
[2] kamelenteen
  • ka·me·len·teen
enkelvoud meervoud
naamwoord kamelenteen kamelentenen
verkleinwoord kamelenteentje kamelenteentjes

de kamelenteenm

  1. (zoötomie) teen van een kameel
  2. (kleding) door strakke kleding zichtbare omtrekken van de schaamstreek bij een vrouw, met name wanneer die zich tussen de schaamlippen wringt
    • Soms zit iets zo goed dat het goed fout wordt. Leggings zitten zo comfortabel dat ze niets aan de verbeelding laten. De Engelsen hebben voor dat totale gebrek aan verbeelding zelfs een woord verzonnen: de ‘camel toe’ of ‘kamelenteen’. Je kunt boos zijn op de Britten omdat ze uit de Europese Unie willen, droef zijn over de slechte staat van hun gebit of geërgerd zijn omdat ze altijd maar in de rij willen staan, maar één ding moet je hen nageven: ze kunnen terugvallen op een woordenschat waar je als Nederlandstalige alleen maar jaloers op kunt zijn. Ze gaven ons de legging en alles wat erbij hoort. [1] 
    • ‘Waar ga je heen / met je kamelenteen / die zie je dwars door je broekje heen / je kamelenteen’. [2] 
  1. De Standaard 28 MAART 2017 Op de kamelentenen getrapt
  2. NRC Marleen Luijt / Bary Badpak 19 juli 2011 Een tikkeltje plat en een simpele melodie