• ka·kis·to·cra·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord kakistocratie kakistocratieën
verkleinwoord - -

de kakistocratiev

  1. (politiek) (pejoratief) heerschappij van de slechtste, minst geschikte mensen
    • Een kakistocratie is een overheidssysteem dat door de minst gekwalificeerde, meest "bedroevende" burgers die de staat te bieden heeft wordt bestuurd. [1]
    • Een groot gedeelte van Europa werd gedurende nu dra twee jaren door allerlei schuim en uitvaagsel van volk beheerscht en misleid; de aristocratie (Regering der besten) van vroeger, welke moedwillig door allerlei misbruiken, verkeerde begrippen en voorbeelden haar eigen graf delfde, veranderde nu niet in eene democratie, maar in eene kakistocratie, om het zoo uit te drukken, (Regering der slechtsten.) [2]