kaalplukken
- Geluid: kaalplukken (hulp, bestand)
- kaal·pluk·ken
- samenstelling van kaal en plukken [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
kaalplukken |
plukte kaal |
kaalgeplukt |
zwak -t | volledig |
kaalplukken overgankelijk
- door plukken kaal maken
- iemand van zijn bezit ontdoen, afzetten, rippen
- criminelen van hun illegaal verkregen bezit ontdoen
- Het woord kaalplukken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kaalplukken" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ kaalplukken op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be