indom
- in·dom
- intensiverende afleiding van dom bn met in- (versterkend voorvoegsel)
stellend | |
---|---|
onverbogen | indom |
verbogen | indomme |
partitief | indoms |
indom
- buitengewoon onwetend, heel onverstandig
- Wat moet een slim meisje met zo'n indom vriendje?
Er bestaat geen vergrotende of overtreffende trap, maar er is wel een nog verder versterkte vorm: in- en indom.
- Het woord indom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "indom" herkend door:
15 % | van de Nederlanders; |
18 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be