indomme
- in·dom·me
- afleiding van het versterkte bijvoeglijk naamwoord indom met de uitgang -e
indomme
- verbogen vorm van de stellende trap van indom
- Voor de Barbie, dat weerzinwekkende wichtje met haar priemende borsten en haar suikerzoete, indomme gezichtje ben ik al gezwicht. [1]
- Het woord indomme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Blink, I. van den"De Barbiepop" in: Limburgsch dagblad jrg. 74 nr. 181 (3 augustus 1992); p. 10 kol. 7;geraadpleegd 2015-07-25