Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hei·din
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van heiden met het achtervoegsel -in
enkelvoud meervoud
naamwoord heidin heidinnen
verkleinwoord heidinnetje heidinnetjes

Zelfstandig naamwoord

de heidinv

  1. (religie) vrouw die geen christelijke godsdienst aanhangt
  2. (verouderd) vrouw die tot een niet-Westerse samenleving behoort
  3. (verouderd) vrouw die tot de Roma behoort
  4. (verouderd) waarzegster
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

54 % van de Nederlanders;
38 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be