hedde
stamtijd | |||
---|---|---|---|
onbepaalde wijs |
tegenwoordige tijd |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
hedde |
hedder |
hed |
heddet |
volledig |
hedde
- hedde in: Det Danske Sprog- og LitteraturselskabDen Dankse Ordbog op website:ordnet.dk
- hed·de
- Afkomstig van het Engelse werkwoord head ww , dat van het Engelse zelfstandige naamwoord head zn komt
Naar frequentie | 219669 |
---|
hedde
- onovergankelijk, overgankelijk, (voetbal) koppen ("de bal raken met zijn hoofd")
- «Sju minutter før pause fikk Tore Aasvestad stå helt alene etter en corner og heddet sikkert i mål.»
- Zeven minuten voor rust stond Tore Aasvestad na een corner helemaal alleen en kopte veilig het doel in.
- «Sju minutter før pause fikk Tore Aasvestad stå helt alene etter en corner og heddet sikkert i mål.»
- hed·de
- Afkomstig van het Engelse werkwoord head ww , dat van het Engelse zelfstandige naamwoord head zn komt
hedde
- onovergankelijk, overgankelijk, (voetbal) koppen ("de bal raken met zijn hoofd")
- «Ein Årstad-spelar gjekk opp etter frispark, og hedda i det lengste hjørnet.»
- Een speler van Årstad ging op na een vrije trap en kopte in de verre hoek.
- «Ein Årstad-spelar gjekk opp etter frispark, og hedda i det lengste hjørnet.»
hedde
- gebiedende wijs van hedde