Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gul·har·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen gulhartig gulhartiger gulhartigst
verbogen gulhartige gulhartigere gulhartigste
partitief gulhartigs gulhartigers -

Bijvoeglijk naamwoord

gulhartig [1]

  1. gul
    • Claudia Dekker uit Gouda is een van die gulhartige gevers. ,,We doneren eigenlijk al vijf jaar ons kerstpakket omdat er gezinnen zijn die het veel beter kunnen gebruiken”, vertelt ze. ,,Juist in het najaar is het voor mensen die het niet breed hebben een mooi cadeau." [2] 
    • Wij worden tijdens dit EK gulhartig getrakteerd op close-ups van het publiek. Het lijkt erop dat sommige cameramensen er speciaal mee belast zijn: zoom in op de emotie. Dynamische televisie levert het op, vooral in de knock- outfase. Ik zou wel eens een herhaling willen zien, bijvoorbeeld van Nederland-Rusland, louter bestaande uit close-ups van supporters. 2 × 45 minuten plus verlenging aan tollende emoties. Geluid hoeft er niet bij. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

72 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen