grietjebie
- Geluid: grietjebie (hulp, bestand)
- IPA: / ˌɣricəˈbi / (3 lettergrepen)
- griet·je·bie
- van Surinaams grikibi, een klanknabootsing van de roep
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grietjebie | grietjebies |
verkleinwoord |
grietjebie
- (zangvogels) bepaald soort vogel, Pitangus sulphuratus , die voorkomt in Zuid-Amerika
1. bepaald soort vogel, Pitangus sulphuratus
- Het woord grietjebie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ “Vijf maanden in het oerwoud” (1929), De Bont & Zoon, p. 102