gravitatie
- Geluid: gravitatie (hulp, bestand)
- gra·vi·ta·tie
- Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘zwaartekracht’ voor het eerst aangetroffen in 1832 [1]
- afgeleid van het Latijnse 'gravitare' [druk of kracht uitoefenen] met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gravitatie | gravitaties |
verkleinwoord |
de gravitatie v
- (natuurkunde) de kracht die de wederzijdse aantrekking van massa veroorzaakt
- gravitatieconstante, gravitatielens, gravitatiemeter, gravitatietheorie, gravitatieveld, gravitatiewet
1. de kracht die de wederzijdse aantrekking van massa veroorzaakt
- Het woord gravitatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gravitatie" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "gravitatie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ gravitatie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be