Nederlands

1. Opname van het golgiapparaat in een menselijke cel.
Uitspraak
Woordafbreking
  • gol·gi·ap·pa·raat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord golgiapparaat golgiapparaten
verkleinwoord golgiapparaatje golgiapparaatjes

Zelfstandig naamwoord

het golgiapparaato

  1. (fysiologie) netwerk van membranen binnen lichaamscellen dat op een andere plaats opgebouwde eiwitten concentreert en aanpast
     Het golgiapparaat bestaat uit afgeplatte zakken, omgeven door een membraan.[1]
Schrijfwijzen
  • Als het nodig is om verwarring over de opbouw van het woord te voorkomen, kan volgens de toelichting bij spellingregel 6.C ook de schrijfwijze met een koppelteken worden gebruikt: golgi-apparaat.
  • Golgi-apparaat (gangbare variant in de officiële spelling tot 2006)
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    J.A. Groenink
    “Pathofysiologie: Een inleiding tot de interne geneeskunde” (2006), Bohn Stafleu van Loghum, Houten, ISBN 9789031346370, p. 10