gewone oester
- (IPA in voorbereiding)
- ge·wo·ne oes·ter
- verbinding van gewone en oester
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gewone oester | gewone oesters |
verkleinwoord | gewoon oestertje | gewone oestertjes |
- (tweekleppigen) Ostrea edulis een in zee levend tweekleppig weekdier. De soortaanduiding edulis is Latijn voor "eetbaar". Het dier wordt al heel lang als een lekkernij beschouwd
- Het woord 'gewone oester' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.