gedwongen
- ge·dwon·gen
- vervoeging van dwingen: de stam met omvoegsel ge- -en en een klinkerwisseling i-o (IPAː /ɪ/ - /ɔ/)
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | gedwongen | gedwongener | gedwongenst |
verbogen | - | - | gedwongenste |
partitief | gedwongens | gedwongeners | - |
gedwongen [1]
- gemaakt, gekunsteld
- van iets waar men geen zin in heeft maar wat men wel moet doen onder druk van anderen
- ▸ Babette van Veen maakt een half jaar na haar gedwongen vertrek in Goede Tijden, Slechte Tijden alweer haar rentree in de langlopende RTL 4-soapserie. Haar personage Linda Dekker is vanaf volgende week weer te zien, zo maakte de actrice zondag bekend in RTL Boulevard.[2]
vervoeging van: | dwingen… |
geen verbogen vorm |
gedwongen
- voltooid deelwoord van dwingen
- Het woord gedwongen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “'Weggestuurde' Babette van Veen keert alweer terug in GTST” (26 juni 2022), NU.nl