gaspit
- gas·pit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gaspit | gaspitten |
verkleinwoord | gaspitje | gaspitjes |
- een gasbrander waarop men kan koken; deel van een gasfornuis
- Terwijl Lundberg de koelbox uitpakt en de gaspit op een windvrije plek installeert, is er tijd het eiland te verkennen. Geen wc, geen 3G, wel een steen om op te zitten. [2]
- Na stoken is de keuken dus de belangrijkste plek voor woningbranden: in 22 procent van de gevallen brak hier brand uit. De meest voorkomende oorzaak – 50 procent – is een vlam in de pan. Een vergeten pannetje dat droogkookt, valt ook in deze categorie. Een storing in een keukenapparaat zoals de vaatwasser zorgde voor 20 procent van de keukenbranden. Een houten lepel of een theedoek op een hete gaspit is goed voor 15 procent van de branden in de keuken. [3]
- Het Europese Parlement wordt voortdurend bestookt met griezelverhalen over buitenlandse truckers die maandenlang in hun cabine langs de snelweg wonen, hun potje koken op een gaspit in het gras en zich alleen 'douchen' als het regent. Volgens Jongerius brengen zij ook de verkeersveiligheid in gevaar. [4]
- Gas heeft zoveel meer voordelen: snel warm, snel koud, duidelijk zichtbaar – en voor wie iets heel heet wil hebben zijn er grote of lange gaspitten. [5]
- Het woord gaspit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gaspit" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
81 % | van de Vlamingen.[6] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Jeroen Kreule 08-06-15 Op een onbewoond Åland voor de kust van Finland
- ↑ Tubantia 23-09-16 Fout stoken grootste oorzaak woningbranden in Twente
- ↑ Tubantia Frans Boogaard 30-05-17 Chauffeurs uit Oost-Europa geven Nederlandse trucker het nakijken
- ↑ De Standaard 27 OKTOBER 2016 Stop maar met koken op gas
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be