erwtensoep
- Geluid: erwtensoep (hulp, bestand)
- erw·ten·soep
- In de betekenis van ‘soep van groene erwten’ voor het eerst aangetroffen in 1778 [1]
- samenstelling van erwt en soep met het invoegsel -en- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | erwtensoep | erwtensoepen |
verkleinwoord | erwtensoepje | erwtensoepjes |
- (voeding) een groenige, lobbige soep vervaardigd van (groene) erwten
- Je kon mijn vader met erwtensoep het huis uitjagen.
1. een groenige, lobbige soep vervaardigd van erwten
- Het woord erwtensoep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "erwtensoep" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ "erwtensoep" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ erwtensoep op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be