eerbiedwaardigheid
- eer·bied·waar·dig·heid
- afleiding van eerbiedwaardig met het achtervoegsel -heid[1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | eerbiedwaardigheid | eerbiedwaardigheden |
| verkleinwoord |
de eerbiedwaardigheid v
- het waard zijn om respect te ontvangen
- Wie reëel is weet dat de Senaat de afgelopen jaren al veel van die eerbiedwaardigheid heeft verloren.[2]
- Een van de vele prachtige citaten in dit boek, dat vandaag een stuk overtuigender klinkt dan het door Freud ontworpen Oedipuscomplex, De notie dat het lot onontkoombaar is, had Freud van Nietzsche, schrijft Rijser, met dat verschil dat Freud die onontkoombaarheid ziet als een ziekte, waarvoor de psychoanalyse genezing biedt. Rijser meent dat Freuds these onder meer zoveel weerklank heeft gevonden omdat die op een antieke mythe gebaseerd was en daardoor iets van de eerbiedwaardigheid van de traditie overnam.[3]
- (religie) een voorstadium van de zalig- en heiligverklaring in de Rooms-Katholieke Kerk
1. het waard zijn om respect te ontvangen
2.een voorstadium van de zalig- en heiligverklaring in de Rooms-Katholieke Kerk
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord eerbiedwaardigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Volkskrant Michael Persson 7 april 2017
- ↑ NRC Marjoleine de Vos 14 mei 2016