eendenmosselen
- (IPA in voorbereiding)
- een·den·mos·se·len
- samenstelling van eend zn en mosselen zn met het invoegsel -en-
- eendenmossel zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eendenmosselen | |
verkleinwoord |
de eendenmosselen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord eendenmossel
- meervoudsvorm als officiële benaming (kreeftachtigen) Lepadidae een familie van rankpotigen (Cirripedia), die op hun beurt deel uitmaken van de kreeftachtigen. Ondanks de naam is er geen verwantschap met mosselen of andere weekdieren. Ze zijn daarentegen verwant aan de zeepokken en aan het parasitaire krabbenzakje
- [2] gekielde eendemossel, geoorde eendemossel, geplooide eendemossel, gestreepte eendemossel, grote eendenmossel, ruwe eendemossel
- Het woord eendenmosselen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.