rankpootkreeften
- (IPA in voorbereiding)
- rank·poot·kreef·ten
- samenstelling van rankpoot zn en kreeften zn
- rankpootkreeft zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rankpootkreeften | |
verkleinwoord |
de rankpootkreeften mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord rankpootkreeft
- meervoudsvorm als officiële benaming (kreeftachtigen) een onderklasse Cirripedia van de kreeftachtigen. De leden van deze onderklasse zijn lang aangezien voor weekdieren. De lichaamsbouw van de volwassen dieren lijkt op het eerste gezicht totaal niet op die van geleedpotigen. In 1830 heeft men ontdekt dat de rankpootkreeften wel degelijk tot de kreeftachtigen behoren. Hun larvale ontwikkeling is typisch hiervoor. Bij de overgang van larve naar volwassen dier gaan de larven zich vasthechten en/of ingraven. De kreeftachtige ondergaat zulk een grondige metamorfose, dat er nauwelijks nog een overeenkomst te bespeuren is tussen het volwassen dier en de larve. Ze hebben naar verhouding de langst bekende penissen van alle dieren, gemiddeld 7x langer dan hun lichaam
- eendenmosselen, gekielde eendemossel, geoorde eendemossel, geplooide eendemossel, gestreepte eendemossel, grote eendenmossel, krabbenzakje, krabbenzakjes, ritspok, ruwe eendemossel, zeepokken, zeetulp
- Het woord 'rankpootkreeften' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.