devoon
- de·voon
- van Engels Devonian naar het graafschap Devonshire waar voor dit tijdperk kenmerkende gesteenten waren gevonden; naam voorgesteld in 1839 door de Britse geologen A. Sedgwick en R. Murchison[1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | devoon | devonen |
verkleinwoord | - | - |
het devoon o
- (geologie) geologisch tijdperk waarin de eerste insecten verschijnen, vierde periode van het era paleozoïcum, van 419 tot 359 miljoen jaar geleden
- Vóór 2006 was de spelling Devoon. In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.
- periode (geologie)
- paleozoïcum
- Het woord devoon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "devoon" herkend door:
21 % | van de Nederlanders; |
24 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ devoon op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Wiegers, H."Ontstaan en ontwikkeling van de geologische tijdtafel" in Radix (1 April 1977) op website: digibron.nl; p. 68, 69 en 82; geraadpleegd 2016-01-27
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be