• (IPA in voorbereiding)
  • dar·win·vink
enkelvoud meervoud
naamwoord darwinvink darwinvinken
verkleinwoord darwinvinkje darwinvinkjes

de darwinvinkv / m

  1. (zangvogels) zangvogel uit een onderfamilie Geospizinae   van vogels die voorkomen op de Galapagoseilanden. Binnen het dierenrijk behoren de darwinvinken, ook wel galapagosvinken genoemd, tot de grote orde der zangvogels (Passeriformes  ) en de familie der Thraupidae  . Dit zijn uitsluitend in Noord- en Zuid-Amerika voorkomende vinkachtigen