daarbij
- daar·bij
- samenstelling van daar en bij
vnw. bijw. | ||
---|---|---|
voorzetselbijwoord | bij | |
persoonlijk | erbij | |
aanwijz. | nabij | hierbij |
veraf | daarbij | |
vragend/betrekk. | waarbij |
(scheidbaar)
daarbij
- bij dat, bij die
- Daarbij komt nog een fikse boete.
- Daar hoort mosterd bij.
- ▸ Daarbij opgeteld dat het personeel zich keurig aan de regels had gehouden, kon hij enkel tot de slotsom komen dat het hotel in deze zaak geen enkele blaam trof. Een geruststellende gedachte.[1]
- Het woord daarbij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "daarbij" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be