waarbij
- waar·bij
- samenstelling van waar en bij
vnw. bijw. | ||
---|---|---|
voorzetselbijwoord | bij | |
persoonlijk | erbij | |
aanwijz. | nabij | hierbij |
veraf | daarbij | |
vragend/betrekk. | waarbij |
(scheidbaar)
waarbij
- vragend: bij wat?, bij welk?
- Waarbij hoort dit dekseltje?
- betrekkelijk: bij wat, bij hetwelk
- Het is al de gedachte aan bloed waarbij hij flauwvalt.
- ▸ Water! Eindelijk water! Met hernieuwde moed liep ik de berg af en vulde snel mijn lege waterflessen met het koele water uit het meer, waarbij ik moest terugdenken aan het advies van mijn dochter.[1]
- Het woord waarbij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "waarbij" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be