citroenvlinder

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ci·troen·vlin·der
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘vlinder’ voor het eerst aangetroffen in 1910 [1]
- samenstelling van citroen en vlinder [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | citroenvlinder | citroenvlinders |
verkleinwoord | citroenvlindertje | citroenvlindertjes |
Zelfstandig naamwoord
citroenvlinder
- (vlinders) Gonepteryx rhamni een dagvlinder van de Pieridaefamilie
- Voor een vlinder leeft de citroenvlinder vrij lang.
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. dagvlinder van de Pieridaefamilie
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord citroenvlinder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.