Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • boeg·las·tig
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van boeg en last met het achtervoegsel -ig
stellend
onverbogen boeglastig
verbogen boeglastige

Bijvoeglijk naamwoord

boeglastig

  1. (scheepvaart) niet in evenwicht door een verkeerde ladingsverdeling dusdanig dat schip aan de boeg te diep ligt
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid