Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Biedermeier
  • bie·der·mei·er
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘stijlperiode van’ voor het eerst aangetroffen in 1815 [1]
  • samenstelling van  bieder  en  meier  [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord biedermeier biedermeiers
verkleinwoord biedermeiertje biedermeiertjes

de biedermeierm

  1. een ronde bloemschikking met veel bloemen
    • Een biedermeierbloemstuk komt zeer goed tot zijn recht als tafelstuk. 
  2. (politiek) (filosofie) een kunstzinnige stroming in m.n. Duitsland en Oostenrijk in de 19e eeuw
  3. (maatschappij) mensen die de onder (2) genoemde stroming aanhangen
    • Beethoven was het tegendeel van de biedermeier en was lang niet meer een mens van zijn tijd.[3] 
77 % van de Nederlanders;
52 % van de Vlamingen.[4]
  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.