begane grond met hal en voordeur
  • be·ga·ne grond
enkelvoud meervoud
naamwoord begane grond begane gronden
verkleinwoord

de begane grondm

  1. (bouwkunde) een bouwlaag van een gebouw die ter hoogte van het maaiveld ligt
    • Het vuur begon op de begane grond van het gebouw. 
     In grote delen van het centrum van Berlijn hadden de huurpanden winkels op de begane grond, dat kon van alles zijn, van levensmiddelen en kleine naaiateliers tot antiquairs, groentemannen en meubelverkopers, groot en klein door elkaar heen zonder enig systeem, behalve in grote winkelstraten zoals de Leipziger Strasse.[1]
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044625691