bankrekening
- bank·re·ke·ning
- samenstelling van bank en rekening
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bankrekening | bankrekeningen |
verkleinwoord | bankrekeningetje | bankrekeningetjes |
de bankrekening v
- (economie) (financieel) een rekening-courant bij een bank
- Zijn bankrekening was leeggemaakt door oplichters.
1. een rekening-courant bij een bank
- Het woord bankrekening staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bankrekening" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be