baleinwalvis
- (IPA in voorbereiding)
- ba·lein·wal·vis
- samenstelling van balein zn en walvis zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | baleinwalvis | baleinwalvissen |
verkleinwoord | baleinwalvisje | baleinwalvisjes |
de baleinwalvis m
- (walvisachtigen) zoogdier uit de onderorde Mysticeti van de orde van walvissen (Cetacea). De eigenschap die de exemplaren van deze onderorde onderscheidt van de tandwalvissen is dat ze, in plaats van tanden, over baleinplaten in de bovenkaak beschikken, waarmee ze voedseldeeltjes uit het water kunnen filteren. Ze hebben slechts tanden tijdens de embryonale fase. fossiele baleinwalvissen hadden wel tanden in plaats van baleinplaten
- Antarctische dwergvinvis, blauwe vinvis, brydevinvis, bultrug, dwergvinvis, dwergwalvis, echte walvissen, Edens vinvis, gewone vinvis, grijze walvis, grijze walvissen, Groenlandse walvis, grote oceaannoordkaper, noordkaper, noordkapers, noordse vinvis, omurawalvis, vinvissen, zuidkaper
- Het woord baleinwalvis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.