Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: bådehus
[1] Badehuset av Skärva-herregård i nærheten av Karlskrona, Sverige
Het badhuis van het Skärva-landgoed nabij Karlskrona, Zweden


  • ba·de·hus
Naar frequentie 66535
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   badehus     badehuset     badehuse     badehusene  
genitief   badehus'     badehusets     badehuses     badehusenes  

badehus, o

  1. (bouwkunde) kleedkamer, kleedruimte (klein houten gebouw aan een strand- of badbrug waar u onbeheerd kunt zich omkleden in verband met zwemmen)
  2. (bouwkunde) badhuis
  3. (bouwkunde) zwembad


  • ba·de·hus
Naar frequentie 90142
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   badehus     badehuset     badehus     badehusa
badehusene  
genitief   badehus'     badehusets     badehus'     badehusas
badehusenes  

badehus, o

  1. (bouwkunde) badhuis
    «De fleste av eiendommene i landsbyene her har nemlig et badehus, et lite tømret anneks med to små rom ute på gårdsplassen.»
    Het merendeel van de erven in de dorpen hier hebben namelijk een badhuis, een klein houten bijgebouw op het binnenplein met twee kleine kamers.
  2. (bouwkunde) zwembad
    «Den åpne arkitektkonkurransen om utformingen av nytt badehus i Ängelholm, Sverige, ble avgjort i forrige uke.»
    De open architectuurwedstrijd voor het ontwerp van het nieuwe zwembad in Ängelholm, Zweden werd vorige week afgesloten.

badehus

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van badehus


 
[2]: Et badehus innanfrå
Een zwembad van binnen


  • ba·de·hus
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   badehus     badehuset     badehus     badehusa  

badehus, o

  1. (bouwkunde) badhuis
  2. (bouwkunde) zwembad

badehus

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van badehus