babymais
- ba·by·mais
- leenvertaling van baby corn, aangetroffen vanaf 1988 (zie vindplaats hieronder); samenstelling van baby zn en mais zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | babymais | - |
verkleinwoord | - | - |
de babymais m
- (kookkunst) nog in hun geheel eetbare kolfjes van jonge maisplanten (Zea mays )
- Was de groenten en snijd de courgette in blokjes, de ui in achten en de paprika in kleine reepjes en doe samen met de limoenblaadjes en de kolfjes babymais bij de currysaus in de pan. [1]
- Zo reisde hij dit jaar onder meer naar Thailand om ook van daar een exportlijn naar Nederland op te zetten. Sindsdien worden er wekelijks babymais, Thaise bieslook, asperges en allleriei [sic!] onbekende produkten met onuitsprekelijke namen naar Europa vervoerd. [2]
- Het woord babymais staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Versteeg, S.Hoog in de lucht (24 februari 2011) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-04-03
- ↑ Veldhuis, H."Gerry van Sebillen: met een auto vol lekkers naar 'Tineke'" in: de Stem jrg. 128 (22 oktober 1988); p. 29 kol 2; geraadpleegd 2019-04-03
- ↑ Zie taaladvies Onze Taal