atheïstisch manifest
  • athe·ïs·tisch
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen atheïstisch atheïstischer
verbogen atheïstische atheïstischere
partitief atheïstisch atheïstischers -

atheïstisch [1]

  1. ongodsdienstig
    • 'Het is een wonder dat je bent ontsnapt aan de glorieuze aanslag in Parijs waarbij je atheïstische broeders zijn vermoord,'schreef Islamitische Staat in een aan haar gerichte brief. Sindsdien gaat El Rhazoui door het leven als de best beveiligde vrouw van Frankrijk. Maar niet in Amsterdam.[2] 
    • Omdat niemand de Koran op dit punt goed kende, lieten ze het schieten, maar Boemplof zei: "Het zijn vrouwen. Vast christenvrouwen of jodenvrouwen en misschien zijn er zelfs wel atheïstische vrouwen onder, en die vrouwen zijn vermoedelijk ook homoseksueel. Dus we hebben alle recht een aanslag op ze te plegen"[3] 
95 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]