asielzoekerscentrum
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- asiel·zoe·kers·cen·trum
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van asielzoeker en centrum met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | asielzoekerscentrum | asielzoekerscentra asielzoekerscentrums |
verkleinwoord | asielzoekerscentrumpje | asielzoekerscentrumpjes |
Zelfstandig naamwoord
het asielzoekerscentrum o
- woonplaats voor asielzoekers zonder verblijfsvergunning
- De familie Grigoryan is al negen jaar in Nederland en heeft altijd in asielzoekerscentra gezeten. De kinderen van acht, vijf en drie jaar oud zijn hier geboren. Hun asielverzoeken zijn steeds afgewezen. [1]
- Als de asielprocedure is voltooid gaan mensen uit het asielzoekerscentrum naar een eigen woning of het land uit.
- ▸ Het kabinet trekt de vergunningverlening voor een asielzoekerscentrum in de Overijsselse plaats Albergen naar zich toe. Daarmee passeert het kabinet de gemeente Tubbergen, waar Albergen ligt.[2]
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord asielzoekerscentrum staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Reformatorisch Dagblad 21-1-2019 Advocate: Armeens gezin uitgezet
- ↑ Weblink bron “Kabinet passeert voor het eerst gemeente: vergunning voor azc in hotel” (16 augustus 2018), NOS