anatoom
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ana·toom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | anatoom | anatomen |
verkleinwoord | anatoompje | anatoompjes |
Zelfstandig naamwoord
de anatoom m
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen
1. een persoon die kennis draagt van de (menselijke) anatomie
Gangbaarheid
- Het woord anatoom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "anatoom" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ anatoom op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be