acoliet
- aco·liet
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | acoliet | acolieten |
verkleinwoord |
de acoliet m
- (religie) in de Rooms-katholieke Kerk een misdienaar die ouder is dan 16 jaar
- Een salesiaan van wie bekend was dat hij leerlingen van een jongensinternaat misbruikt had, is in juli 2007 door toenmalig aartsbisschop Simonis aangesteld als acoliet. [2]
- aanhanger
- Dat is niet de eerste Argentijnse film die indruk maakt met zijn scherpe analyse van de recente geschiedenis van het land. Twee jaar geleden liet Juan José Campanella in zijn film El secreto de sus ojos (‘Het geheim in hun ogen’) zien hoe straffeloos de acolieten van de militaire junta indertijd hun misdaden konden begaan – al schenkt hij de kijker aan het slot wel de genade van de poëtische gerechtigheid. [3]
- [1] misdienaar, altaardienaar,
- [2] volgeling, adept, aanhanger
1. in de Rooms-katholieke Kerk een misdienaar die ouder is dan 16 jaar
- Het woord acoliet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "acoliet" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ acoliet op website: Etymologiebank.nl
- ↑ NRC Joep Dohmen 15 april 2010
- ↑ NRC Ger Groot 27 oktober 2011
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be