aardrijkskundige
- aard·rijks·kun·di·ge
- Afgeleid van aardrijkskundig met het achtervoegsel -e.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aardrijkskundige | aardrijkskundigen |
verkleinwoord |
- (beroep) iemand die de relatie tussen mensen en hun natuurlijke omgeving vanuit een ruimtelijk perspectief bestudeert, en de natuurlijke gesteldheid van de bodem bestudeert
1.
aardrijkskundige
- verbogen vorm van de stellende trap van aardrijkskundig
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord aardrijkskundige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.