• aan·zoek
enkelvoud meervoud
naamwoord aanzoek aanzoeken
verkleinwoord aanzoekje aanzoekjes

het aanzoeko

  1. verzoek
     'Maar dit moet wel het vreemdste aanzoek zijn dat iemand ooit heeft gekregen.[2]
  2. huwelijksaanzoek.
     Had ik misschien overhaast Bertrands aanzoek aanvaard vanwege het verachtelijke gedrag van de baron? De arme Bertrand was zo terneergeslagen geweest.[3]
vervoeging van
aanzoeken

aanzoek

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzoeken
    • ... dat ik aanzoek. 
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[4]
  1. aanzoek op website: Etymologiebank.nl
  2. Victoria Holt
    “Gevangene van de Pasja” (1989), Saga, ISBN 9788726484915
  3. Victoria Holt
    “Minnares van de duivel” (1982), Saga, ISBN 9788726484731
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be