• aan·zoe·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanzoeken
zocht aan
aangezocht
zwak -cht volledig

aanzoeken

  1. overgankelijk een aanzoek doen

de aanzoekenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aanzoek
     Wat de koningin betrof, was het een kwestie van hoe meer hoe liever en ze genoot ervan Robert te plagen door net te doen alsof ze een van de aanzoeken in overweging nam, maar het lukte haar niet vaak een van de kandidaten te laten geloven geaccepteerd te zullen worden.[1]


93 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[2]
  1. Victoria Holt
    “In de schaduw van de troon” (1978), Saga, ISBN 9788726484885
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be