aanstotelijk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanstotelijk (hulp, bestand)
- IPA: / anˈstotələk / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·sto·te·lijk
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van aanstoten met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | aanstotelijk | aanstotelijker | aanstotelijkst |
verbogen | aanstotelijke | aanstotelijkere | aanstotelijkste |
partitief | aanstotelijks | aanstotelijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
en
Bijwoord
aanstotelijk
- aanstoot gevend.
- ergerlijk
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord aanstotelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aanstotelijk" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be