aaibaarheidsfactor

  • aai·baar·heids·fac·tor
enkelvoud meervoud
naamwoord aaibaarheidsfactor aaibaarheidsfactoren
verkleinwoord aaibaarheidsfactortje aaibaarheidsfactortjes

de aaibaarheidsfactorm

  1. de mate waarin een mens of dier zich laat aaien of blij laat maken
    • Sommige mensen vinden het begrip "aaibaarheidsfactor" maar raar.